Congruentie

In mijn werk gaat het vaak over congruent zijn. Kan een ander aan jouw buitenkant zien, voelen, begrijpen wat je vanuit jouw binnenkant wilt vertellen?

Vandaag ga ik stemmen. Door een vakje rood te kleuren, laat ik mijn stem horen. Mijn binnenkant.
Aan de buitenkant zie ik mijzelf met een mondkapje staan. Mijn mond, met daarbinnen mijn stem, is afgedekt.
Ik kan niet congruent zijn.

Ik heb nog steeds vertrouwen in een congruentere wereld. Niet direct door deze verkiezingen overigens, niet door de regels. Wel door de mens, door de behoefte aan de menselijke maat. Congruent aan ieders behoefte als gezien en gehoord te willen worden in jouw unieke zelf.

Ook als het eerst nog lastiger wordt, vertrouw je mee?